Bouwdeel één: de kelder
De sloop zit erop, het bouwterrein is bijna bouwrijp en de omgevingsvergunning is in aanvraag. Na jaren van wachten, gaat de bouw van het Walkwartier dan binnenkort echt van start. Fingers crossed…
Bij Bouwbedrijf Berghege zijn ze al enkele maanden bezig met de werkvoorbereiding. En daar komt bij zo’n groot project heel wat bij kijken, want nu wordt de basis gelegd voor een goede start van het bouw- en productieproces. Niet voor niets gaan alle schouders eronder: van een man of vijf, zowat fulltime. Onderdeel van ‘team Walkwartier’ zijn projectleider Pieter Bongers en senior werkvoorbereider Teun van Loon. De twee vertellen uitgebreid over het eerste bouwdeel: de kelder.
We vallen met de deur in huis: hoe staat het ermee mannen?
Pieter: “We liggen op schema om halverwege het voorjaar te kunnen beginnen. Dat betekent dat we de onderdelen aan het inkopen zijn, zodat alle materialen er op tijd zijn. Ondertussen stemmen we de verschillende werkzaamheden op elkaar af in het 3D-model. Van het type bekisting tot de dilatatievoegen.”
Wat is straks de eerste stap op de bouw?
Teun: “Als er anderhalve meter grond is afgegraven, beginnen we aan de cutter soil mix-wanden, oftewel de CSM-wanden*. Hierbij wordt cementmix in de bodem gemengd met zand. Steeds dieper, totdat er een wand is gevormd van ruim een halve meter dik en maar liefst twintig meter diep. De wand – met stalen balken erin – zorgt uiteindelijk voor grond- én waterkering, zodat er een droge bouwkuip ontstaat.”
Waarom gebruiken jullie deze techniek?
Teun: “Het aanbrengen van de CSM-wanden zorgt voor veel minder trillingen dan andere oplossingen zoals een damwand, en dat betekent daardoor ook minder overlast. Niet onbelangrijk als je bouwt in een centrumgebied waar mensen wonen en winkelen.”
Wat gebeurt er met het grondwater?
Pieter: “Met bronbemaling houden we de kelder droog. We pompen het water vervolgens buiten de bouwkuip weer terug de grond in, zodat het grondwaterpeil op hetzelfde niveau blijft. Als de kelder waterdicht is en het gebouw zwaar genoeg, kunnen we stoppen met de bemaling.”
senior werkvoorbereider bij Bouwbedrijf Berghege
Wat komt er allemaal nog meer kijken bij de kelderbouw?
Teun: “Speciaal voor de woontoren brengen we in de grond gevormde en grondverdringende funderingspalen aan. Ook dit beperkt de overlast, omdat het minder trillingen veroorzaakt dan bijvoorbeeld heipalen. En daarna begint de echte kelderbouw. Op het zand worden betonnen poeren gestort, waar de vloer op komt. Daarop plaatsen we de kelderwanden, net voor de CSM-wanden. Het betonnen dek rust tot slot op de wanden en de kolommen die op de keldervloer staan.”
Met als resultaat?
Pieter: “Een veilige en droge parkeergarage voor de bewoners en gebruikers van het Walkwartier, die hier ook allemaal een berging krijgen.”
Wat is jullie grootste uitdaging?
Pieter: “Dat is vooral het beperken van de overlast voor de omgeving. Bij dit bouwdeel doen we dat dus onder meer door het toepassen van de CSM-wanden en de boorpalen waar ik al over vertelde.”
Teun: “De krappe bouwplaats wordt in de volgende bouwfases ook een uitdaging. Alle leveringen moeten just-in-time op de bouw aankomen. Gelukkig hebben we in goed overleg met de gemeente een optimale bouwplaats in kunnen richten. Zo komen er straks zelfs twee hijskranen ín het gebouw te staan, omdat er simpelweg geen andere plek voor is. Eén van de kranen zal uiteindelijk gebruikt worden om de andere kraan te demonteren.”
projectleider bij Bouwbedrijf Berghege
Hoe zien de volgende bouwfases eruit?
Pieter: “Na de kelder gaan we verder met de dragende muren en vloeren van de bovenbouw. Dan volgen nog de gevel- en dakfase en de afbouw.”
Zo simpel als dit klinkt, is het natuurlijk niet…
Pieter: “Nee, zeker niet. Het Walkwartier is sowieso geen rechttoe-rechtaan-project. Tot en met de begane grond is het één gebouw, maar daarna zijn het verschillende panden met verschillende hoogtes, waaronder de woontoren van 52 meter, en diverse functies. En dat midden in de stad.”
Hier wil iedere Berghege-collega zeker aan meewerken?
Teun: “Absoluut, we zijn er allemaal trots op dat we dit ambitieuze plan op deze markante locatie mogen realiseren. Je hoeft daarvoor niet eens uit de gemeente Oss te komen, zoals Pieter. Zelf woon ik in Boxtel, maar ook ik vind dit een superleuk en uitdagend project!”