Retro Walkwartier: van katholieke schuilkerk tot protestants godshuis
Waar de Carmelietenstraat en de Molenstraat elkaar raken, verrijst het Walkwartier. Dit is de plek van Vendet en later V&D, maar ook van Gelderse plunderaars, de vuurloze locomotief en de katholieke schuilkerk. Een plek vol verhalen dus. Stadshistoricus Jurgen Pigmans duikt in die kronieken in de rubriek Retro Walkwartier.
Dit verhaal gaat over de gesloopte gebouwen die de V&D zijn voorgegaan. Hiervoor maakt Jurgen een enorme sprong terug in de tijd. Naar 1648, het jaar dat er dankzij de Vrede van Münster een einde kwam aan de Tachtigjarige Oorlog. Spanje en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden begroeven toen de strijdbijl…
Protestanten aan de macht
“Eén van de gevolgen van dit verdrag was dat er een nieuwe grens kwam”, steekt Jurgen van wal. “Zuidelijk Nederland bleef bij het Spaanse koninkrijk horen, waardoor Brabant in tweeën werd gehakt. De macht over het bovenste deel kwam in handen van Noord-Nederland, waar men protestants was. Vanaf dat moment was alleen deze overtuiging toegestaan in de openbaarheid. En het katholicisme? Dat moest men ietwat in het geniep belijden.”
Erfgoedspecialist bij Stadsarchief Oss
Gruwelijke straffen stonden daar niet op, maar er was voor het katholieke geloof in elk geval geen plek meer in de stad. “Tegen de katholieken werd gezegd: zoek maar een schuur”, vertelt Jurgen verder. “Ze kwamen vervolgens uit bij een boerderij, net buiten de stadsomwalling. Dit werd hun zogenoemde schuilkerk – ook wel schuurkerk –, gelegen aan de weg waar de Walstraat tegenwoordig loopt. En de protestanten? Die kregen de hoofdkerk van de stad in handen – daar waar nu de Grote Kerk staat.”
Franse Revolutie
Zo gingen er een slordige anderhalve eeuw voorbij. Tot het einde van de 18e eeuw, toen voerden de Fransen hun revolutionaire idealen ook hier in. “De Fransen arriveerden en zeiden: dit is raar, een handjevol protestanten in een grote katholieke kerk; hier houden we mee op”, legt de stadshistoricus uit. “Ze gaven de katholieken hun kerk terug en stuurden de protestanten naar de plek van de schuurkerk. Mét een zak geld, want de boerderij was inmiddels vervallen. Zo konden ze zelf een nieuwe kerk bouwen.”
De protestanten, ze waren in Oss niet met velen, deden er hun tijd over. Pas in 1817 stond hun gloednieuwe godshuis, met Griekse zuilen en een klassieke timpaan. Pal naast de pastorie die al eerder door ‘de tegenstander’ was gebouwd. Jurgen: “Weet je wat de katholieken ruim een eeuw later deden? Die plaatsten het Heilig Hartbeeld récht voor de kerk van de protestanten. Het is nooit bewezen, maar het leek wel een pesterijtje...”
Erfgoedspecialist bij Stadsarchief Oss
De komst van de Vendet
Oss groeide ondertussen. Zeker na de Tweede Wereldoorlog maakte de stad flinke stappen. Het gevolg: er moesten keuzes gemaakt worden. “Past een kerk nog wel midden in het centrum?”, stelt Jurgen dezelfde vraag als het stadsbestuur in de jaren zestig deed. “Nee, was het antwoord. De kerk ging in 1966 plat en de protestanten verhuisden naar hun nieuwe onderkomen: de Paaskerk. Later moesten ook alle woonhuizen én de pastorie wijken voor winkels.”
In 1973 opende Vroom & Dreesman haar winkeldeuren op deze plek. Niet als V&D, maar als Vendet: een kersverse formule. Uiteindelijk verdween deze naam weer uit het straatbeeld, waarna het logo van supermarkt Torro, en later dat van V&D op de gevel stond. “Het was een hele metamorfose”, maakt Jurgen duidelijk. “En met een groot warenhuis telden we echt mee als stad. Het waren destijds hele belangrijke ontwikkelingen.”
‘t Gengske
Inmiddels is er niets meer van over. Niet van de V&D, niet van de schuurkelder, en niet van het protestantse kerkje en de pastorie. “Behalve ’t Gengske”, zegt Jurgen tot besluit. “Dit was al in de 17e eeuw het kerkpad van de Heuvel naar de schuilkerk, die buiten de stadswallen lag. En kijk eens naar de tegels onderaan de muur: het begint met drie stuks en eindigt met twee. Zo zie je meteen waar de Heuvel z’n naam aan te danken heeft. Het plein ligt hoger dan de andere straten.”